De stortplaats bestaat uit een oude zandafgraving welke later is gebruikt als stortlocatie. Op het stortmateriaal is in de loop der tijd wildgroei ontstaan hetgeen is uitgegroeid tot bos. Nadat de bomen zijn omgezaagd zijn alle verdere werkzaamheden onder saneringscondities zijn uitgevoerd. Eerst zijn alle stobben verwijderd en afgevoerd, waarna het maaiveld op een vooraf bepaalde hoogte gebracht. Het overtollige stortmateriaal heeft door herschikking een nieuwe bestemming gekregen op de locatie als geluidswal (circa 4.500 m³). Nadat de geluidswal is aangelegd en het terrein op hoogte is gebracht is de stortplaats afgedekt met geotextiel, en de geluidswal met detectienet. Hierna is over de gehele stortplaats en de geluidswal een “leeflaag” aangebracht van schoon zand (ruim 15.000 m³). Na de sanering mogen in de leeflaag kabels en rioleringsbuizen worden aangebracht, zonder dat hierbij contactgevaar ontstaat met het stortmateriaal. Door de sanering is het terrein weer geschikt geworden voor een nieuwe bestemming.